De Onafhankelijken is een vereniging van beeldend kunstenaars in Amsterdam.
De vereniging is opgericht in 1912 en heeft een belangrijke rol gespeeld in de omslag in de beeldende kunst die aan het begin van de twintigste eeuw plaatsvond. Uit verzet tegen de gevestigde denkbeelden, streefde De Onafhankelijken naar vrijheid in werken en in exposeren: iedereen kon zich aanmelden als lid en er werd niet gejureerd. Dit laatste principe heeft men na een paar jaar los moeten laten omdat het praktisch niet uitvoerbaar bleek

100 JAAR “DE ONAFHANKELIJKEN”

OAH1935

1935

Vrije academie

De jaren zestig

De Onafhankelijken is in 1912 ontstaan vanuit verzet tegen de gevestigde kunst, die ook wel ‘salonkunst’ werd genoemd. Dergelijk verzet bestond al 30 jaar eerder in Frankrijk, waar in 1884 de Indépendants werd opgericht uit onvrede over de
officiële salons met hun aanhang van conservatieve en chauvinistische jury’s, leden en critici.

De Onafhankelijken pleitte voor expressieve vrijheid voor het individu, er was dan ook geen ballotage voor het lidmaatschap. De eerste juryvrije tentoonstelling was in mei 1913. De onafhankelijke tentoonstellingen waren in die tijd een grote attractie.

Na de eerste Wereldoorlog is De Onafhankelijken van groot belang geweest voor alle kunstenaars die aan hun eigen vrije opvattingen werkten en die door de juryvrije opvattingen van de vereniging steeds een mogelijkheid hadden om te exposeren.

Aanvankelijk vonden de tentoonstellingen plaats in een groot tentoonstellingsgebouw aan de Amstelveenseweg. Vanaf 1919 kreeg De Onafhankelijken, mede op grond van baanbrekende tentoonstellingen met buitenlandse deelnemers, toegang tot het Stedelijk Museum in Amsterdam. Zo exposeerden er o.a. Chagall, Klee, Matisse, Picasso en Zadkine. Leden van de vereniging waren in de loop van de tijd onder meer Erfmann, Rädecker, Verwey, Willink en Citroen. In 1929 sloot Kunstenaarsvereniging De Onafhankelijken
zich aan bij de kort daarvoor opgerichte Amsterdamse Federatie van Beeldende Kunstenaarsverenigingen. De kunstenaars stonden hierdoor sterker in de economische achteruitgang. In 1948 kwam mede door inspanning van de Federatie de Contraprestatie tot stand, waar later de inmiddels opgeheven BKR voor in de plaats kwam.

Na de Tweede Wereldoorlog exposeerde De Onafhankelijken eerst in Museum Fodor. Speciaal voor de Amsterdamse kunstenaarsverenigingen werd in de jaren vijftig de nieuwe vleugel aan het Stedelijk Museum gebouwd. De mogelijkheid om hier te exposeren stopte wegens ruimtegebrek in 1993, ondanks hevige protesten en een proces. Vijf jaar lang bood gebouw De Zaaijer, een voormalige kerk aan de Keizersgracht, een alternatief. Daarna vond de jaarlijkse expositie plaats op
diverse plaatsen o.a. in Arti en in het voormalig Nintgebouw, beiden te Amsterdam, en in de Grote Kerk te Monnickendam.

De Onafhankelijken en zes andere kunstenaarsverenigingen vonden elkaar in 1970 in de belangenvereniging Samenwerkende Amsterdamse Kunstenaarsverenigingen (Stichting SAK). De SAK tracht op dit moment om zelfstandig, zonder hulp van de infrastructuur van het Stedelijk Museum, op nieuwe locaties exposities te organiseren.
Leden van verenigingen die lid zijn van de SAK worden hiertoe uitgenodigd.